- Home
- Inspiratie
- Uit de Joodse traditie
Eeuwige HEER, Koning van de wereld, onze Vader in de hemel, Wij prijzen Uw Naam voor wie U bent: vol goedheid, barmhartigheid, liefde en trouw. Die heeft U bewezen aan Abraham en door hem ook aan Israël, Uw volk, door alle eeuwen heen. Vandaag, op deze Israëlzondag, bidden we als kerk voor het Joodse volk, verspreid over heel de wereld en speciaal in het land Israël. We bidden voor Israëls leiders: voor de huidige regering, de rabbijnen, de mensen in de wetenschap en gezondheidszorg. Geef dat ze allen dichtbij...
Van een contact in Jeruzalem kregen we deze gebeden doorgestuurd. Met name vanaf pagina 4 staan de gebeden die jaarlijkse met Grote Verzoendag worden gebeden. Het gebed ki anoe ammecha (pag. 5 van het document) kan ook als gezamenlijke melodie gezongen worden Jan Minderhoud Robbert-Jan Perk...
Abinoe Malkenoe (onze Vader, onze Koning) Het gebed voor Rosj Hasjana, Joods Nieuwjaar en voor Iom Kippoer, Grote Verzoendag. Het wordt vooral in de synagoge gebeden. ONZE VADER, ONZE KONING, wij hebben gezondigd tegenover U. ONZE VADER, ONZE KONING, wij hebben geen andere koning dan U. ONZE VADER, ONZE KONING, wees ons goedgunstig ter wille van uw Naam. ONZE VADER, ONZE KONING, geef ons een goed nieuw jaar. ONZE VADER, ONZE KONING, neem van ons weg alle harde oordelen. ONZE VADER, ONZE KONING, neem weg de voor...
Hoe bid je voor Israël, als volk (verspreid over zovele landen), als land (die paar vierkante kilometer aan de Middellandse Zee) en als staat (vanaf 1948)? Zie daarvoor ook Bidden voor Israël, een land en een volk onder druk. Onderstaande bijbelteksten kunnen je daar vast verder bij helpen. Zelf (jm) doe ik dat door deze teksten - dagelijks één tekst, dat is genoeg - hardop als gebed en als belofte voor te lezen (= een vorm van proclamatie). Soms voeg ik daar nog enkele woorden van mezelf aan toe. En, door dage...
“Deemoed is een beslissende stap op het pad naar spiritualiteit en daarom de beste voorbereiding op het gebed.” (Tenachon Psalmen, nr 4, p. 16) “Een mens moet niet op een hoge plek gaan staan om te bidden, maar hij moet op een lage plek gaan staan om te bidden. Er is immers gezegd: ‘Vanuit de diepten heb ik, Eeuwige, geroepen’ (Psalm 130:1).” (idem, Babylonische Talmoed, Berachot 10b) U bent Heer, ik ben knecht. Wie anders zal zich ontfermen over de knecht dan de Heer? U schept...